Een warm bad voor stagiairs en starters

Maaike van Berkel staat drie dagen per week voor de klas in groep 8 van De Taaltuin en is op dinsdag bezig met haar taken als schoolopleider en coach. Ze vindt voor de klas staan superleuk, maar geniet minstens net zoveel van het begeleiden en coachen van studenten en starters. Vanaf volgend schooljaar houdt ze zelfs twee dagen bezig met begeleiderstaken. Op haar school en binnen Primo is veel aandacht voor het opleiden van nieuwe mensen. Maaike zorgt dat dat zo goed mogelijk gebeurt en dat studenten én collega’s de ondersteuning krijgen die ze nodig hebben.

door de redactie



Maaike: “Mijn taken als schoolopleider zijn het begeleiden van starters en de mensen die nog in opleiding zijn. Bij ons op school hebben we studenten van Hogeschool Rotterdam, van de opleiding voor onderwijsondersteuner, en we hebben mensen die studeren voor leerkracht op Inholland Rotterdam. Daarnaast help ik de startende leerkrachten: ik kijk af en toe eens mee, ik ga met ze in gesprek, vooral over waar behoefte is aan is qua extra begeleiding. Ook voor collega’s die een stagiair hebben – zij zijn opgeleid tot werkplekbegeleider – sta ik klaar.”

 

Samen opleiden

“We willen studenten het beste bieden,” vertelt Maaike. Daarom heeft zij regelmatig contact met de instituutopleider (IO’er) van de hogeschool. Dat komt voort uit het BOSS-traject (Beter opleiden in Samenhang en Synergie, zie kader). Met de IO’er heeft Maaike gesprekken om het studieproces van de studenten op haar school te begeleiden. Daardoor kan er snel geschakeld worden en is de hogeschool op de hoogte van hoe het met de studenten gaat, waar ze tegenaan lopen en wanneer extra begeleiding nodig is. Het doel is ‘samen opleiden’. “En dat kan alleen als verschillende organisaties en instanties samenwerken. Dan heb je alle studenten goed in beeld en kan er bijtijds aan de bel getrokken worden.” Als er iets niet lekker loopt, neemt Maaike contact op met de IO’er. “Die korte lijntjes zijn het belangrijkst voor het samen opleiden.”

 

Overleg

Binnen Primo komen alle schoolopleiders minimaal vier keer per jaar samen om het te hebben over opdrachten vanuit de hogeschool. Daarnaast hebben ze het over de vaste agendapunten als intervisie en panelgesprekken die op iedere school weer anders worden ingericht. “Iedere school is uniek, doet het op de manier die het best past binnen de organisatie, maar je hebt heel veel raakvlakken waar je samen goed over kunt praten. En dan kun je soms ook elkaars aanpak gebruiken. Want waarom zou je het wiel uitvinden als dat er al is?”

 

Behouden

Ook over de stap na de stage wordt binnen Primo nagedacht. Want als studenten eenmaal opgeleid zijn, zou het mooi zijn om ze ook voor Primo te behouden. Nu is het nog zo dat een student na een stagejaar teruggaat naar het stagebureau en op een andere school wordt geplaatst. “Het zou leuk zijn als we konden zeggen: ‘ik heb hier een student die daar en daar goed in is, waar hebben we daar de beste plek voor’. Dat studenten al hun stages binnen Primo lopen en dan uiteindelijk ook blijven werken op de school die het best bij hen past. Zeker als ze naar de LIO-stage (Leraar In Opleiding, het laatste stagejaar, red.) gaan, dan is het fijn als je zo’n LIO’er ook echt binnen Primo kan houden (lees ook het interview met Sarah, red.). Op dezelfde school, als er formatieruimte is, of op een andere Primo-school. Doordat wij als schoolopleiders met elkaar contact hebben, weten we van elkaar waar plek is en wie daar zou passen.”

 

‘Als iemand zijn of haar diploma heeft, dan begint het pas.’

 

Oja-moment

“Bij alle studenten zie je dat ze genieten van de reis die ze maken in hun eigen ontwikkeling. En voor iedere student geldt dat ze op een punt komen dat ze het ‘oja-moment’ hebben, het moment dat je denkt nu heb ik ’m. En wat ik vooral heel leuk vind, is dat je in de loop van de opleiding steeds meer de leerkracht gaat zien die de student gaat worden. Dat je ziet hoe ze hun eigen kwaliteiten naar buiten durven brengen binnen het lesgeven. Dan zie je de authentieke leerkracht die je wil hebben. Als ze zelf gaan ontdekken hoe leuk het is voor de klas. Het moment van ‘DIT IS HET!’ Daarom vind ik het zo mooi om de starters te mogen coachen.”


Inductietraject

Het afgelopen jaar heeft Maaike met twee collega’s gewerkt aan een ‘inductietraject’ binnen Primo. Maaike legt uit: “Als iemand zijn of haar diploma heeft, dan begint het pas. Vergelijk het met je rijbewijs, pas als je het papiertje hebt, leer je echt autorijden. In het onderwijs is dat ook zo. Daarom is het zo belangrijk dat je een starter ook in het oog houdt, begeleiding blijft geven. Anders gaat die zwemmen. Om die reden is het inductietraject gecreëerd waarbij we met vijf coaches drie jaar lang coaching bieden aan starters. Waardoor het voelt als een warm bad.” Dat inductietraject bestaat uit coachinggesprekken, bij elkaar kijken, intervisie, maar ook thematische bijeenkomsten, workshops door experts, elkaar ontmoeten, en ervaringen delen.

 

MUM

Maaike is heel enthousiast over de kansen die ze bij Primo krijgt om zo’n inductietraject te mogen ontwikkelen. Ze is ermee begonnen omdat ze het leuk vond en het vertrouwen kreeg van de organisatie. Met de opleidingen die ze is gaan doen, kon ze zich verder ontwikkelen. En daar wordt ook wat mee gedaan. Meer uren maken (MUM) is hierop van toepassing: “Komend schooljaar moet er veel voor de klas gebeuren, we gaan iemand intensief opleiden. Ik heb ervoor gekozen om een vaste dag te besteden aan het schoolopleider zijn, zodat ik de contacten kan hebben met de opleidingen. En daarbuiten ga ik twee keer een halve dag aan de slag als starterscoach. Daarom ga ik nog een halve dag meer werken. Zo kan ik me ontwikkelen op iets wat ik heel leuk vind, naast het nét zo leuke voor de klas staan.”

 

BOSS
In het programma Beter Opleiden in Samenhang en Synergie (BOSS) werken de Pabo en het Kenniscentrum Talentontwikkeling (KCTO) van Hogeschool Rotterdam (HR) en stichtingen (besturen) voor primair onderwijs samen aan het versterken, uitbreiden en verdiepen van de samenwerking. Het doel is daarbij het opzetten van een duidelijke doorlopende leerlijn tussen de Pabo HR en de basisscholen in de regio Rotterdam: van het samen opleiden van aankomende leerkrachten op de Pabo HR, naar het begeleiden van beginnende leerkrachten op scholen, naar het bijscholen en professionaliseren van ervaren leerkrachten. Speciale aandacht gaat hierbij uit naar de specifieke competenties die een leerkracht in de grootstedelijke (achterstands-)context nodig heeft.


Als LIO ben je meteen een collega

Sarah Hemmes was Leerkracht In Opleiding (LIO) op De Violier en is net afgestudeerd. Komende weken werkt ze nog even door op haar afstudeerplek in groep 6, maar met ingang van het nieuwe schooljaar gaat ze naar Het Windas. Spannend, maar ook vertrouwd, want ook Het Windas is een Primo-school. We spraken haar over hoe het is om LIO te zijn binnen Primo.

door de redactie



Omdat ze in Schiedam woont, was het voor Sarah vanzelfsprekend om voor een school in Schiedam te kiezen. Ook omdat Primo nauw samenwerkt met Hogeschool Rotterdam. En dat ze zelf vroeger op De Violier zat, speelde ook mee. Ze liep er stage én was er LIO. Voor stages heb je als student niet veel in te brengen, maar omdat er bij een andere stage wat misgegaan was, kon ze naar de school van haar voorkeur, haar eigen oude school. En daar heeft ze vervolgens ook haar LIO-plek geregeld.

 

LIO

LIO staat voor Leerkracht In Opleiding, de stage die je loopt in je afstudeerjaar. Ook al ben je tijdens je hele opleiding leerkracht in opleiding, de specifieke benaming van LIO heb je alleen in dat laatste jaar. Dat is de allerbelangrijkste stage in je studie, want het is de stage waarin je je bewijzen moet verzamelen voor het portfolio waarmee je gaat afstuderen. Het is ook de stage waar je het meeste van leert, omdat je even in het diepe wordt gegooid met ‘ga het maar zelf doen’. Vooral ook de taken naast het lesgeven leer je in dat laatste jaar. Rapporten en groepsplannen maken, leerlingbesprekingen, bij vergaderingen aanwezig zijn, echt meepraten over je groep en vooral ook meer over je eigen groep kunnen vertellen, want jij bent op dat moment één van de leraren en niet meer een stagiair.

 

Zelf doen

In het begin heb je iemand naast je met wie je aan het eind van de dag kan bespreken hoe dingen gingen. Sarah: “Iemand die kan zeggen: op deze manier stuur je een berichtje naar de ouders, nu is het zaak om even te bellen vanwege een incident. Met wie je bespreekt hoe je gaat doorplannen in de map. Want met alle methoden die je geeft, moet je ook leren plannen en flexibel leren worden. Ook echt zelf leren bedenken wat je moet laten vallen, zodat de klas op niveau komt. Bijvoorbeeld nu even taal skippen om het rekenen meer te oefenen. Dat soort dingen doe je pas als LIO.”

Op een gegeven moment word je helemaal losgelaten, want je moet het echt zelf gaan doen. Sarah weet uit eigen ervaring: “Je weet dat leerlingen anders kunnen reageren als de andere leerkracht erbij is, dus als hij of zij steeds in de buurt is, gaan kinderen zich misschien anders gedragen dan als je alleen staat.”

 

‘Je moet leren plannen en flexibel leren worden’

 

Pluspunten

Als we haar vragen naar de pluspunten voor een LIO bij Primo, volgt een enthousiast verhaal. “Ik kan natuurlijk niet vergelijken met stages op andere scholen, want mede door de coronatijd ben ik alleen op deze school geweest. Maar wat ik van studiegenoten begrijp, is dat je niet bij alle scholenbesturen zó meegenomen wordt in alles als bij Primo. Kleine activiteiten die alleen je team aangaan, maar ook met de hele organisatie, je wordt uitgenodigd, ook al ben je eerstejaarsstudent. En dat is gewoon tof, je hebt echt het gevoel dat je erbij hoort en dat je niet zomaar stagiair bent, je bent meteen een collega. Je wordt continu gemotiveerd om aan je studie te zitten, iedereen wil je helpen, wat voor je doen. De directie is bereikbaar, je wordt oprecht gezien. Bij Primo wordt heel erg met je meegedacht, er zijn op schoolopleiders, iemand in de school die alle stagiairs begeleidt. Dus je hebt de leerkracht van de klas die je feedback kan geven, maar je hebt ook de schoolopleider die regelmatig vraagt hoe het gaat en waar je tegenaan loopt, dat is zo fijn! Primo is heel erg bezig met hoe ze de startende leerkracht kunnen helpen. En dat vind ik heel sterk.”


Ambassadeur

Sarah is zo enthousiast dat ze op de besturenmarkt van de hogeschool als ambassadeur voor Primo optrad. Ze vertelde derdejaarsstudenten haar eigen ervaringen: “Je wordt hier echt gezien, je wordt betaald, ik vind Primo-scholen erg prettig, vanwege de samenwerking tussen de scholen die proberen op één lijn te zitten in plaats van ieder zijn eigen ding te doen.” Kennisdeling en extra aandacht voor de startende leerkracht zijn wat haar betreft ook echt waar Primo in uitblinkt. Daarmee heeft ze meerdere studenten overgehaald om voor Primo te kiezen.

 

Tips

Direct aangeven wat je plannen zijn voor het jaar, dat is dé tip voor nieuwe LIO’s. Heel duidelijk tegen je werkbegeleider (de leerkracht bij wie je voor de klas komt) zijn over dat je eerst wil meekijken, daarna lesgeven, en uiteindelijk je doel is om zeker na de herfstvakantie al dagen zelfstandig aan de slag te gaan. En: “Goed laten weten wanneer je feedback wil hebben, wij mensen vinden het vaak lastig om terugkoppeling te vragen, maar het is zo ontzettend handig. Durf om feedback te vragen! Vraag alsjeblieft, alles, want daar zijn mensen voor!”

 

Toekomst

Wat haar toekomst betreft, blijft Sarah sowieso bij Primo. Het bestuur heeft een goede visie op het onderwijs die hetzelfde blijft als ze op een andere school gaat werken. Nu heeft de groep 6, volgend jaar waarschijnlijk groep 5. “Andere jaren had ik een groep 8 en nu sta ik voor groep 6. Ik sta heel graag in de bovenbouw voor de klas!” Ze heeft er echt zin in, kijkt met een open blik. Ze zou wel in de leerteams willen, om mee te denken om iets nieuws te doen met rekenen, maar pas over een tijdje. Te zijner tijd wil ze zich specialiseren in pedagogiek en gedrag: “Ik weet dat ik over twee jaar kan aangeven drie dagen te willen gaan werken om een studie te gaan volgen. Dat wordt ook echt aangemoedigd bij Primo.”


Luisterend oor op elke school

Margriet Maat werkt bij CON De Wereldschool en is daar sinds kort ICP. ICP staat voor intern contactpersoon. Alle scholen binnen Primo hebben een ICP: iemand die aan te spreken is als er dingen niet zo lekker lopen op school. De ICP is dan een luisterend oor, en degene die kan helpen of doorverwijzen.

door de redactie



Omdat je je fijn en veilig moet kunnen voelen op school, als leerling, als ouder, maar ook als je er werkt, hebben alle Primo-scholen een ICP. Zodat als er iets is, er altijd iemand is waar je naartoe kan. Die jou kan helpen of begeleiden om geholpen te worden. Iemand die op school werkt en de rol van vertrouwenspersoon op zich heeft genomen. Om ouders, leerlingen, leerkrachten – eigenlijk iedereen – terzijde te staan en door te verwijzen. Dat kan bij allerlei problemen zijn, van iets luchtigs tot zwaardere zaken. Pesten (niet alleen tussen kinderen, maar ook tussen ouders of leerkrachten), je niet veilig voelen op school, huiselijk geweld, kindermishandeling, van alles.

 

Er zijn voor anderen

Margriet is gevraagd door haar directeur om de rol van ICP te gaan vervullen. Een taak die goed bij haar past. Omdat ze al zo lang op CON De Wereldschool werkt, heeft ze de school van klein – er waren toen maar twee-drie groepen – naar groot zien groeien. Inmiddels zitten er wel 220 leerlingen op school. Waar ze vroeger vanzelfsprekend zowat iedereen kende en een praatje maakte met alle collega’s, is dat nu niet meer zo makkelijk. Daardoor wordt iemand die met een probleem zit, misschien wel niet zo snel opgemerkt. Juist daarom wil ze er zijn voor anderen. En hoopt ze dat leerlingen, ouders en collega’s haar ook zullen gaan vinden.

 

Juf Margriet én ICP

Maar zover is het nog niet. Haar functie staat nog in de kinderschoenen. Margriet heeft de opleiding voor ICP bijna afgerond. Daarna is ze van plan om een rondje langs de klassen te maken om zichzelf bekend te maken. Om uit te dragen dat ze niet alleen juf Margriet is, maar ook behulpzaam kan zijn als er iets aan de hand is. “Ik dacht altijd dat ik dan van alles moest oplossen voor diegene, maar eigenlijk ben ik gewoon een luisterend oor en verwijs ik die persoon door naar of mijn collega’s, of naar degene waar ze een probleem mee hebben of verder.”


Ommezwaai

Nu is het nog zo dat problemen op CON De Wereldschool vaak terechtkomen bij de intern begeleider (Ib’er) of het schoolhoofd. Mensen zijn nog niet gewend dat er speciaal iemand is waar ze met problemen terechtkunnen. Dat moet groeien. Er moet een ommezwaai komen van hoe het altijd gegaan is naar hoe het nu gaat. De Ib’er en het schoolhoofd zullen daar ook aan moeten meewerken, maar dat komt vanzelf. “Dan kan ik in mijn nieuwe rol groeien,” zegt Margriet. In de toekomst zal men zeker de weg naar haar toe gaan vinden.

 

“Iedereen moet zich fijn en veilig kunnen voelen op school”

 

In gesprek

Je kan met allerlei klachten bij de ICP terecht. Dat kan zijn als kind, maar net zo goed als volwassene. Van ‘zij plaagt mij altijd’ en ‘hij scheldt me steeds uit’ tot ‘de leerkracht ziet mijn kind niet’ of ‘de leerkracht geeft mijn kind veel te vaak de beurt’. Maar ook als je als leerkracht niet goed met een andere collega overweg kan, of iemand ongewenste intimiteiten ervaart. Margriet gaat dan als ICP met de verschillende partijen in gesprek om tot een oplossing te komen. En als het schooloverstijgende problemen betreft, kan zij terugvallen op degene die de ICP-opleiding binnen Primo verzorgt.

Margriet is er in ieder geval klaar voor. “Misschien blijft het wel stil”, zegt Margriet, “maar áls het dan nodig is, dan kom ik aangevlogen!”


Meer uren, meer mogelijkheden

Als je hoort: “Wat doe jij met MUM?”, dan gaat het binnen Primo niet over of je je moeder uitnodigt met de feestdagen. Het gaat over Meer-Uren-Mogelijkheden. Liza Sloot is hoofd P&O en beleidsmedewerker en werkt op het bestuurskantoor van Primo. We spreken haar over wat MUM is, waarom het in het leven geroepen is en wat het kan brengen. Een enthousiast verhaal over de kansen en mogelijkheden van werken in het onderwijs.

door de redactie



Meer uren werken?

Onlangs heeft Liza een mail gestuurd naar alle Primo-medewerkers om ideeën te inventariseren over MUM. Om het enorme en nijpende lerarentekort landelijk aan te pakken, is Dennis Wiersma, Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs, op zoek naar onorthodoxe maatregelen. Meer uren werken is er daar één van. Het idee is om met name parttimers te motiveren mee te werken in een proef om meer uren te gaan werken tegen een bonus. Primo heeft het liever over Meer Uren Mogelijkheden bieden. Liza: “Ik ben enthousiast. Niet vanwege de bonus, maar wel om mee te doen in de focusgroep en met andere besturen te kijken welke mogelijkheden we medewerkers kunnen bieden als ze meer willen gaan werken.”

 

“Denk in mogelijkheden, niet in beperkingen”

 

Meedenken met de minister

Met vijftien besturen denkt Primo mee met de Minister over de Meer-Uren-Bonus. “Het verbaast ons niet dat van die vijftien besturen de meeste ook niet nadenken over een bonus in geld, maar over andere mogelijkheden. Vandaar ook de vraag aan leerkrachten van Primo hoe zij de MUM in zouden willen vullen. We dagen leerkrachten uit om aan te geven in welke rol zij voor meer uren ingezet zouden willen worden. Vervolgens kan de schooldirecteur met de medewerker in gesprek om samen te kijken hoe dat in te vullen.” Na de inventariserend fase, hoopt Liza dat een en ander na de zomervakantie ook echt doorgevoerd kan worden. Het zou mooi zijn als collega’s volgend schooljaar in nieuwe rollen en met extra uren aan de slag kunnen gaan.

 

Wat hebben mensen nodig?

MUM wordt door Liza aangegrepen om te inventariseren wat leerkrachten binnen Primo nodig hebben. “Wat hebben onze mensen nodig als ze meer gaan werken, hoe zouden ze dat willen inrichten? Misschien wil iemand niet veertig keer per jaar een extra dag werken, maar wel dertig keer. Of wil iemand wel extra werken, maar die tijd daarna dan in vrije tijd kunnen opnemen. Een ander zegt misschien: ‘Ik wil wel, maar dan zou ik in verband met mijn eigen kinderen later willen starten en eerder naar huis willen gaan’. Daar is misschien best een oplossing voor te bedenken.”

 

Plezier in je werk

Met MUM wil Primo meer mogelijkheden creëren om iemands expertise in te zetten voor de organisatie, als specialist of beleidsmatig. Medewerkers de kans geven om een andere rol in te gaan nemen. Om zo personeel te boeien en te binden, maar ook goed werkgeverschap uit te dragen. MUM is dus meer dan alleen maar meer uren maken. Het houdt voor Primo in dat er meer aandacht is voor het huidige personeel. Zo wil het bestuur een aantrekkelijke werkgever blijven voor medewerkers en ook een aantrekkelijke werkgever zijn voor nieuwe collega’s. MUM is uitgedaagd worden. MUM lost dan het personeelstekort misschien niet op, het helpt in ieder geval wel om goed personeel te behouden voor de organisatie.


Meer aansluiting bij het bedrijfsleven

Vergelijk het onderwijs met het bedrijfsleven, vindt Liza. Dan zie je dat de inrichting van de arbeidsvoorwaarden achterloopt. “De wereld draait door en de arbeidsvoorwaarden in het onderwijs staan stil, waardoor mensen in het onderwijs hun autonomie verliezen. Hoog tijd om daarin mee te gaan en te moderniseren.

Collega’s willen nog wel eens vragen naar opties om bijvoorbeeld buiten de schoolvakanties om onbetaald verlof op te nemen. De CAO zegt: ‘nee’, maar Primo zegt; ‘dat kan, mits je het kan regelen op school’. Daarin moet het onderwijs echt gaan moderniseren en meer aansluiting zoeken bij het bedrijfsleven.”

En waar vijftien jaar geleden het bedrijfsleven mensen kon trekken met een laptop van de zaak, komt het onderwijs daar nu voorzichtig mee aan. Terwijl een laptop inmiddels gewoon een noodzaak is om je werk te kunnen doen. Zo worden in het onderwijs vaak de arbeidsvoorwaarden vanzelfsprekend voor lief genomen. Liza: “Zoals we het altijd gedaan hebben en nog steeds doen. Als we mensen tegemoet kunnen komen in hoe zij de dingen willen, dan moeten we dat doen! Daarom heb ik MUM aangepakt.”

 

Meer flexibiliteit

Liza: “Het gaat erom dat we anders moeten gaan denken, een aantrekkelijke werkgever blijven voor het eigen personeel. Meer flexibiliteit te bieden en mensen laten weten wat de mogelijkheden zijn. Zaken die in het bedrijfsleven heel normaal zijn maar not done in het onderwijs. Al komt dat er al wel een beetje in dankzij zij-instromers en de jongere generatie. We moeten in ieder geval open gaan staan voor andere mogelijkheden, het gesprek aangaan, meer maatwerk gaan bieden. Zodat de medewerker die meer wil werken en die vijf keer per jaar een vriendenweekend heeft, dat ook kan blijven doen.

Want dat brengt energie. Dat je je erkend kan voelen op wat je – extra – te bieden hebt. Dat je je als leerkracht kunt focussen op waar je goed in bent en wat je leuk vindt. We pushen niemand, we willen alleen mogelijkheden bieden. Wil je er wat bij, dan bespreken we dat. Wat we willen bieden, is meer werkplezier, meer werkgeluk en evenwicht.”

Doe jij MUM? Kijk dan PriMUM – Werken bij Primo (werkenbijprimoschiedam.nl) voor de vacatures.