logo jongleren
Artikel

Lessen uit de coronatijd – deel 1

Geplaatst op: 5 juni 2020

Nu de scholen per 8 juni weer volledig opengaan, maken we bij Primo voorzichtig een eerste balans op. Welke lessen kunnen we trekken uit het afstandsonderwijs? Wat willen we behouden en waar liggen kansen als we kijken naar ICT-onderwijs, de zelfstandigheid van leerlingen of misschien zelfs het lerarentekort? We vroegen het aan onze Primo-collega’s. We geven het woord aan Monique Moolenaar, leerkracht groep 7/8 op obs Loep…

Door de redactie


Monique: “Als je mij vraagt welke lessen we kunnen leren na de thuisquarantaine tijd, dan komen er verschillende dingen naar boven. Maar laten we het filteren tot een top 3.”

Les 1: De onmisbaarheid van goede ICT-middelen en kennis om ze te kunnen gebruiken

“Als er één ding heel snel duidelijk werd, dan was dat hoe belangrijk goede ICT-middelen zijn. Ook de kennis om die middelen goed te kunnen gebruiken is onmisbaar. Niet alleen op school, ook bij gezinnen thuis. Regelmatig liepen kinderen en ouders er tegenaan dat hun apparatuur ontoereikend was. Tijdens de online les bleek dan dat de geluidskaart, wifi-verbinding of camera het thuis niet deed, waardoor een kind niet goed mee kon doen. Of we ontdekten dat de schoolapp niet goed werkt als je geen krachtige processor hebt op je telefoon, waardoor gezinnen belangrijke informatie misten. Dat hebben we als team dan wel weer creatief opgelost, maar ook dat was een bewustwordingsproces. Al snel hebben we aan zo’n 20 kinderen een notebook van school uitgeleend.

Als team kwamen we net zo goed uitdagingen tegen. Toen we van de een op de andere dag thuis kwamen te zitten, moesten we ons verdiepen in de ICT-mogelijkheden voor ons onderwijs. Die kenden we niet, omdat we ze nooit gebruikten. Een uitdaging waar heel Nederland op dat moment voor stond. Het zorgde ervoor dat onze ICT-kennis een enorme boost kreeg, want online gaan met de kinderen, lessen in Google Classroom, vergaderen in Microsoft Teams, … We konden niet zonder en het vraagt echt wel even een verdieping in nieuwe kennis. En ook wij liepen er tegenaan dat onze apparatuur niet altijd voldeed aan de behoeften van dat moment. De computer in mijn lokaal heeft bijvoorbeeld geen microfoon. Omdat ik het niet zag zitten om dat ook nog uit te gaan zoeken, heb ik voor mijn eigen gemak en gevoel van veiligheid maar gewoon mijn Macbook van thuis meegenomen.

Ik hoop dat de overkoepelende ICT-werkgroep van Primo deze periode ook goed evalueert en onderzoekt welke lessen we eruit kunnen trekken. Is alle apparatuur op de scholen bijvoorbeeld wel toekomst-proof? Wat betekent het online-onderwijs voor leerkrachten en ouders? Waar is behoefte aan? Misschien is het ook wel een idee om een mediacoach binnen Primo te hebben die gespecialiseerd is in het begeleiden van mediawijsheid. Iemand die ook meedenkt over hoe we deze vorm van onderwijs kunnen uitwerken. Ga daarmee aan de slag!

Ons team ziet de mogelijkheden van meer ICT in het onderwijs. We hebben in de afgelopen weken samen al veel uitgeprobeerd en er zijn nog veel meer ideeën. Natuurlijk maakt de ene collega het zich sneller eigen dan de ander, dat is gewoon zo. De uitdaging is om gebruik te maken van elkaars creatieve processen, zodat we – in een natuurlijke flow – meeliften op elkaars kennis, kunde en ideeën. Deze ontwikkelingen hebben ook gewoon tijd nodig.

Online-onderwijs zou zelfs een gat kunnen dichten als je kijkt naar het lerarentekort. Neem de vierdaagse schoolweek. Kinderen hebben de afgelopen tijd allemaal op woensdag thuisgewerkt. Met de juiste aanpak, zou dat misschien een oplossing kunnen zijn. Het valt of staat wel met de zelfstandigheid van de kinderen, daar moet je als team wel eerst goed mee aan de slag. En als je dat doet, kan ik mij voorstellen dat er nog veel meer mogelijk is. Een voorbeeld: als de verwerking van lesstof van bijvoorbeeld rekenen en spelling meer thuis wordt gemaakt, of als er op die dag thuis aandacht wordt besteed aan automatiserings- of zelfstandig-werkopdrachten, dan zou je tijdens schooltijd bijvoorbeeld meer tijd kunnen inruimen voor vakdocenten.”

Les 2: De ‘boost’ aan de zelfstandigheid van leerlingen

“Sommige kinderen hebben mij enorm verrast met hun zelfstandigheid, dat heeft mij aan het denken gezet. Een kind dat op school door van alles en nog wat wordt afgeleid en misschien wat meer stimulans nodig heeft om tot werken te komen, laat ineens een heel andere kant van zichzelf zien. Daar wil je als leerkracht toch graag iets mee.

Ik merkte ook dat de kinderen zichzelf beter hebben leren kennen. Sommige kinderen ontdekten dat ze vrijheid in planning en dagritme heel fijn vonden. Anderen zijn erachter gekomen dat ze juist veel behoefte hebben aan structuur en graag willen worden begeleid door dagelijks huiswerk. Het proces naar zelfstandigheid heeft hiermee een extra ‘boost’ gekregen. Aan ons de uitdaging om dit vorm te blijven geven als we straks weer in de schoolse situatie zitten.

Wat deze periode mij ook heeft laten inzien is dat je als leerkracht van alles kunt verzinnen, maar dat kinderen met elkaar ook ontzettend ver komen. Soms was mijn rol om ze even met elkaar in verbinding te brengen of gewoon de tip te geven dat ze mij niet altijd nodig hadden. In het begin was dat wel een beetje wennen. Er was ook weerstand, zo van: wat wordt er nu weer van mij gevraagd? Maar al snel zochten leerlingen elkaar op via WhatsApp om elkaar uitleg te geven over bepaalde rekensommen of werkwoordoefeningen. Ze zijn dus ‘gedwongen’ geweest om samen creatieve oplossingen te bedenken die aansloten bij hun behoeften.

Die zelfstandigheid van de kinderen, dat zagen mijn collega’s ook in hun klassen. We hebben afgelopen tijd veel gevraagd van kinderen en ouders en dat heeft geweldig uitgepakt. Als team zien we juist nu dat we het zelfstandig werken meer vorm moeten gaan geven in ons onderwijs. We willen dit vast blijven houden, daarom zijn we nu aan het uitwerken hoe we dit binnen de school kunnen aanpakken. Dit is een kans die we naar mijn idee niet moeten laten liggen.”

 

Les 3: Wat een gezamenlijke focus doet voor verbinding in het team en met ouders

“Toen de scholen werden gesloten, werden we allemaal uit onze comfortzone gehaald. Op Loep werken we samen met een klein team. De enorme focus en de samenwerking die direct ontstond, vond ik heel mooi. Krachten werden gebundeld en er was echt oog voor elkaars talenten. In eerste instantie natuurlijk vooral binnen je eigen cluster, maar we kregen ook ideeën van de Klasbord-berichten die je van andere collega’s voorbij zag komen.

Zullen we even sparren? Wat ga jij doen? Zal ik dit oppakken? Hoe lossen we dit op? De bereidheid om aan de slag te gaan, was groot en we wisten elkaar als team misschien wel beter te vinden dan eerst. Dat moest ook wel, want er wordt ineens veel op je bordje gegooid. En omdat de waan van de dag even wegviel, konden we ons met zijn allen helemaal richten op de verbinding tussen ouder, kind en school om zo samen het leren vorm te blijven geven. Dat werkte heel verfrissend. Deze periode heeft echt iets positiefs gedaan voor de verbinding binnen het team en met ouders.”